‘Het grootste deel van ons werk speelt zich af op straat.’
Alle opgroeiende jongeren verkennen hun grenzen. Op bepaalde momenten zijn ze dan kwetsbaar. Maar sommige jongeren zijn extra kwetsbaar. ‘Als ze geen veilige thuissituatie hebben, bijvoorbeeld. En sommige jongeren haken nou eenmaal niet zo goed aan op de systemen die wij met z’n allen hebben ontwikkeld.’ Wolter Dijkstra spreekt uit ervaring. Hij is teamleider en jongerenwerker bij gro-up. Dagelijks zet hij zich met hart en ziel voor deze groep in. Sinds begin juni doet hij dit ook vanuit onze buurtpost aan de Nieuwe Damlaan.
Het grootste deel van het werk van Wolter en zijn collega’s speelt zich af op straat. Ook gaan ze langs bij activiteiten van bijvoorbeeld De Kansenfabriek, De Steigers en DOCK. ‘Daar stappen we op jongeren af en gaan we met ze in gesprek. Wij vragen hoe het met ze gaat en waar hun wensen en behoeften liggen.’ Die lopen behoorlijk uiteen, weet Wolter. ‘Ze willen veilige ontmoetingsplekken, maar ook begeleiding naar school of werk en hulp bij het maken van vriendschappen. Ook hebben ze hulp nodig voor hun mentale gezondheid.’
Gro-up biedt zelf bewust geen vast activiteitenprogramma aan. ‘Onze activiteiten zijn altijd vraaggericht. Waaraan hebben jongeren behoefte? Én, zijn ze dan ook bereid om zelf de handen uit de mouwen te steken?’ Hij lacht: ‘Want dat verwachten we natuurlijk wel van ze! Ze kunnen een flyer maken om de activiteit te promoten. Maar ook hun vrienden inschakelen en helpen met opruimen, dat soort dingen.’
Nieuwe uitvalsbasis
Gro-up kreeg vorig jaar samen met de YETS Foundation de opdracht van de gemeente Schiedam om het jongerenwerk te verzorgen. De eerste maanden werkte gro-up alleen vanuit het ontmoetingscentrum van de Van Beethovenflat in Groenoord. Nu is daar dus ook de ruimte in onze buurtpost aan de Nieuwe Damlaan bijgekomen. Wolter is blij met de nieuwe plek. ‘Naast onze basisopdracht van de gemeente hebben we ook een taak vanuit het landelijke programma Preventie met Gezag. Dat is voor jongeren waar zorgen over zijn dat ze in de criminaliteit belanden. Daar hebben we veel gevallen van in Nieuwland’, vertelt Wolter ernstig. ‘Die geven we intensieve, individuele begeleiding. Deze ruimte is daar echt perfect voor. Midden in de wijk en met veel privacy om gesprekken te kunnen voeren. Wij helpen ze door ze handvatten aan te reiken. De positieve dingen in hun omgeving te laten zien. En door mensen in hun leven te brengen die goede voorbeelden voor ze kunnen zijn.’
Overlastboekjes
Wat Wolter ook fijn vindt, is dat de mensen van gro-up en Woonplus elkaar makkelijk kunnen ontmoeten in de buurtpost. ‘Zo zijn de lijnen kort’, zegt hij enthousiast. ‘We kunnen goed zien wat we voor elkaar kunnen betekenen. Woonplus kan bij ons kennis halen over hoe je jongeren benadert. Of hoe je ongewenste hangplekken zo aanpast dat het voor jongeren minder aantrekkelijk is om daar te zijn. En wat ze dan anders kunnen aanbieden. Ook kunnen wij een rol spelen in het contact met hun huurders. Zo werken wij bijvoorbeeld met overlastboekjes. Daarin kunnen bewoners precies bijhouden waar, wanneer, door wie en wat voor overlast er is. Dat geeft ons een goed beeld van de situatie. En bewoners krijgen zo de ruimte om te spuien. Daarna brengen wij de overlast ter sprake in de gesprekken die we met de jongeren hebben. Het mooiste is als er dan ook een gesprek ontstaat met de buurt. Want er valt wat te zeggen over het gedrag van jongeren. Maar volwassenen komen ook niet altijd even handig uit de hoek. Wij kunnen helpen om die contacten te verbeteren.’
Grote steun in de rug
Het is nog te vroeg om te zeggen of de aanwezigheid van gro-up in Schiedam al effect heeft, denkt Wolter. ‘Op dit moment zijn wij nog te veel “de nieuwe partij”. Zoiets moet groeien.’ Ondertussen is hij Woonplus dankbaar voor de ruimte aan de Nieuwe Damlaan. ‘Superfijn dat wij deze plek mogen gebruiken! Jongerenwerk is iets waar wij ons met z’n allen voor moeten inzetten. Het voelt goed dat Woonplus het werk dat wij zo belangrijk vinden op deze manier ondersteunt. We ervaren het echt als een grote steun in de rug.’